In KUNST IS LANG praat Luuk Heezen elke week met een kunstenaar. Een uitgebreid gesprek over het laatste werk, inspiratiebronnen en drijfveren. Mét diepgang, maar zonder ingewikkeld jargon. KUNST IS LANG is een programma van online kunsttijdschrift mister Motley en Luuk Heezen. Voordekunst, het crowdfundplatform voor de creatieve sector, is partner.
Op de schilderkunstige werken van Mounir Eddib zijn sferische landschappen en silhouetten te zien, veelal in donkere kleuren. Door het toevoegen van speciale materialen krijgt Mounirs werk een sculpturale kwaliteit, bijvoorbeeld wanneer hij verf maakt door er schalie of hoogovenslak doorheen te mengen: restproducten van de mijnbouw die in zijn woonplaats Genk in Belgisch Limburg heeft plaatsgevonden. Ook spettert Mounir bijvoorbeeld teer op zijn schilderijen, en geeft hij ze randen en stroken van lood, elementen uit rituelen van de Imazigh-cultuur waar zijn moeder in geworteld is.
Irene Hà, beter bekend onder haar artiestennaam Baby Reni, is afgestudeerd als modeontwerper maar is net zo goed kunstenaar te noemen. Haar werk gaat over het reproduceren en samplen van culturele invloeden, processen die door globalisering in een stroomversnelling zijn gekomen. Zo nam ze voor een recente installatie een aantal kledingstukken van westerse merken die hun ontwerp op Aziatische kleding baseerden, om die weer te reproduceren in stoffen die ze zelf heeft gevonden. In diezelfde installatie hing naast een traditioneel Vietnamese jurk, een eigen ontwerp met daarop een afbeelding van instant noodles. Hoewel Irenes ontwerpen en installaties er vaak vrolijk en kleurrijk uitzien, ingegeven door de pop- en internetcultuur van de jaren 2010, komt het werk niet tot stand zonder een gevoel van pijn over de vlucht van Irenes ouders uit Vietnam naar Nederland, en haar gevoel zich in zowel de Vietnamese als de Nederlandse culturen niet écht thuis te voelen.
Elizar Veerman begon als tiener met het portretteren van zijn vrienden op straat, en ontdekte al snel dat fotografie een goed medium is om meer zichtbaarheid te creëren voor de Molukse gemeenschap en cultuur. Na zijn portretten van meerdere generaties Molukkers in Nederland, richt hij zich op het vastleggen van jonge mannen die leven in de periferieën van grote Europese steden, zoals Amsterdam of Marseille. Op een warme en soms dromerige manier vangt hij in analoge foto's hoe ze zich via hun bewegingen, kleding en voertuigen profileren en zich hun omgeving eigen maken.
De installaties en schilderwerken van Ricardo van Eyk bevatten elementen van architectuur en bouwmaterialen. Zo maakte hij grote schotels van aluminium, waarin mysterieuze tekeningen zijn gemaakt én weer uitgewist, of bewerkte hij roestvrijstalen panelen met een slijptol, zodat ze veranderen in wonderlijk vervormde, spiegelende oppervlaktes. En voor zijn recentere werk rekt hij de grenzen van de schilderkunst op: over een klassiek frame komt een huid van verschillende lagen horrengaas, stijf gehouden meubellak, ondergronden worden bewerkt met gereedschap, of een doek wordt geperforeerd en opgevuld met pluggen. Kenmerkend voor Ricardo's werk is dat de gebruikte materialen vaak herkenbaar zijn, maar zelden worden gebruikt waarvoor ze bedoeld zijn, en altijd een zekere openheid en poezië bevatten.
De werken van Serana Angelista raken zowel aan persoonlijke herinneringen en familiegeschiedenissen, als aan grotere historische thema’s. In de fotoreeks Promised Land zien we Serana’s vader, die in de jaren ‘70 van Curaçao naar Nederland emigreerde, zijn gezicht en die van andere geportretteerden bedekt met een kauri-schelp, die diende als koloniale valuta, maar ook spirituele waarde heeft in de Afro-Caribische diaspora.
En in de fotoreeks The Trace combineert Serana beelden van Curaçao uit het privé-archief van diens moeder, gemaakt in de jaren ‘80, met foto’s die hen er zelf in 2015 maakte. We zien bladeren, palmbomen, cactussen en geiten, uit twee tijdsperiodes gecombineerd en met de hand afgedrukt. De projecten onderzoeken de kracht van persoonlijke archieven, en hoe die - bij gebrek aan vertegenwoordiging in bijvoorbeeld een nationaal archief - kunnen dienen als connectie met voorouders en belangrijke plekken in een familiegeschiedenis.
Ahmad Mallah nam als kunstenaar het pseudoniem S.T.A.T.E.L.E.S.S. aan: zijn familie werd voor zijn geboorte verdreven uit Palestina, en Ahmad groeide op in Damascus in Syrië. Maar zonder juridisch erkende documenten en dus stateloos. Na het uitbreken van de gewapende revolutie daar, kwam hij in 2014 naar Nederland en kreeg hij een paspoort. Ahmads persoonlijke leven krijgt een prominente rol in zijn werk: in zijn afstudeerfilm Stateless horen we over zijn ervaringen in een Syrische gevangenis en hoe zijn leven daarna is verlopen, terwijl hij tatoeages plaatst op zijn buik en borst. Ook de verschrikkingen die nu in Palestina plaatsvinden komen op verschillende manieren terug in wat hij maakt: op polaroids zien we zijn naakte lichaam, gekneveld en soms geblinddoekt, met daar overheen rauwe streken verf die geweld suggereren en zijn identiteit op de foto uitwissen, zoals dat in het echt gebeurt bij de duizenden Palestijnen die worden vermoord. Voor zijn schilderijen kiest Ahmad voor een zachtere verwerking van de continue stroom gruwelijke beelden: ze worden weergegeven in gedempt roze, paars en oranje, en krijgen door de plaatsing van bloemen of een olijfboom op de voorgrond een minder intens karakter. Ahmad zet zijn werk daarnaast in om verschillende lagen van zijn identiteit te verkennen, zoals zijn queerness, of om af te tasten wat vertrouwen en communicatie in een liefdesrelatie betekenen, in de performances die hij samen met zijn partner Rebecca Lillich Krüger doet.
De sculpturen van Bas Oussoren hebben iets komischs en lichtvoetigs. Bijvoorbeeld de schoorstenen die zelf kaarsrecht staan, maar gemetseld zijn in een patroon dat scheef omhoog cirkelt, en waarvan de 'bakstenen' bij nadere bestudering handgesneden blokken hout blijken. Of de vier meter hoge poort die hij in Leiden plaatste, geïnspireerd op de statige architectuur die je in de binnenstad tegenkomt - maar dan uitgevoerd in pastelkleurige schuimblokken, waardoor het bouwwerk uit immense blokken snoep lijkt te bestaan. En voor een recent werk wilde Bas weten hoe ver je kunt gaan in het buigen van hout: het werd een sculptuur in de vorm van een sierlijke krul, van 5,5 meter hoog.
Het duo Sander Breure en Witte van Hulzen maakt performatieve installaties, waarin het gedrag van de mens onder de loep wordt genomen: welke sociale conventies zijn er, hoe verschillen die per situatie en ruimte waarin je je bevindt, en als je uitzoomt: welke grotere maatschappelijke factoren sturen dat gedrag?Het begon in de stationshal van Utrecht Centraal, waar vier performers een half jaar lang perfect synchroon 'reizigersgedrag' vertoonden, zoals scrollen op een telefoon of een slokje koffie nemen - een fascinerende breuk met de dagelijkse gang van zaken, voor wie er in de alledaagse drukte oog voor had. Later kwamen er ook sculpturen bij, schetsmatige mensfiguren die door hun ware grootte een aanzet tot interactie geven. Bijvoorbeeld in de tentoonstellingszaal in het Stedelijk Museum, die was gemodelleerd naar een ziekenhuis, met sculpturen die zijn gebaseerd op de verschillende persona die samen bepalen wat een ziekenhuis is: de verpleger en de arts, maar ook de schoonmaker en bestuurder. Ze stonden opgesteld langs de randen van de ruimte, zodat je als bezoeker aan alle kanten werd aangestaard, en de performers die aanwezig waren maakten fysieke gebaren en bewegingen die pijn, verveling of concentratie uitdrukten.
In 2014 maakten Breure en Van Hulzen Het familieportret, een performatieve installatie waarvoor gesprekken van een doorsnee gezin zijn opgenomen, die vervolgens door acteurs in een installatie opnieuw werden uitgesproken. Door deze wisseling van context verandert onze perceptie van dit dagelijks taalgebruik en gedrag, en vallen er ineens andere dingen op. Tien jaar na dato is er een vervolg op dit werk, van 22 tot en met 24 november 2024 te zien in het Stedelijk Museum.
Kitty Maria onderzoekt als performancekunstenaar hoe het lichaam in onze maatschappij wordt ingezet voor werk. Hoe wordt het gedwongen aangepast om in een werkcontext te functioneren, bijvoorbeeld als het gaat om stewardessen? Hoe kun je in een laboratorium interactie hebben met machines op andere manieren dan de aan/uitknop? En wat betekent het om door ziekte een lichaam te hebben dat niet productief kan zijn in onze efficiënte werkcultuur?
Het teken- en schilderwerk van Fiona Lutjenhuis staat bol van de religieuze symbolen, wervelende patronen en menselijke gedaantes, die soms zijn uitgewerkt en soms zijn beperkt tot de vorm van een geest of silhouet. Wat ze weergeeft is bont en fantasierijk, en niet zelden beklemmend: vaak zijn het beelden en gevoelens, uit haar atypische jeugd als dochter van sekteleden die een vorm van Christendom aanhingen, vermengd met een geloof in aliens en geesten.
Fotograaf Ringel Goslinga gebruikt fotografie om de wereld vast te leggen en te bestuderen. Hij portretteerde de sociale omgeving van zijn beide gescheiden ouders, om uit te vinden waarom hun levens niet meer bij elkaar pasten. Hij legde een jaar lang de bekenden en onbekenden vast die een band hadden met zijn pasgeboren zoon. En voor zijn nieuwste project Aluk to Dolo, waarvan dit najaar een fotoboek verschijnt, reisde hij zijn opa achterna. Die besloot in 1933 als zendingsarts naar het Indonesische eiland Sulawesi te gaan, met als gevolg dat het gezin - inclusief de vader van Ringel - tijdens de Tweede Wereldoorlog in een Japans interneringskamp belandde.
Your feedback is valuable to us. Should you encounter any bugs, glitches, lack of functionality or other problems, please email us on [email protected] or join Moon.FM Telegram Group where you can talk directly to the dev team who are happy to answer any queries.