Jaap Jansen | BNR

Politiek verslaggever Jaap Jansen licht de tegels op het Binnenhof.

  • 2 minutes 56 seconds
    Opinie | Voordat de bom valt

    Zondag overleed Mient Jan Faber en ik was het vergeten, maar mijn moeder vertelde me dat een van mijn eerste stukjes als journalist – ik was 21 – over hem ging. Zij wist het nog want we aten taart: ik kreeg er voor betaald en het stond in het legendarische Vrij Nederland!

    Ik was erachter gekomen dat Faber door zijn Interkerkelijk Vredesberaad op het matje was geroepen. De grote man achter de kernwapendemonstraties – 400.000 mensen in Amsterdam en later nog eens 500.000 in Den Haag – had geopperd dat het misschien toch niet zo’n slecht idee was om in ons land tijdelijk een klein aantal nieuwe kruisvluchtwapens te ‘parkeren’ als dat het uiteindelijke doel – veel minder kernwapens in Europa – kon dienen. Faber moest voortaan eerst overleggen met zijn bestuur voordat hij een interview gaf over nieuwe ideeën. Hij vertelde me dat-ie ermee kon leven.

    Soms moet je tijdelijk iets accepteren waar je liefst vandaag nog vanaf wilt. Het was vloeken in de kerk natuurlijk. Hans van Mierlo vreesde dat we van die kernwapens nooit meer afkwamen: je kunt ze niet on-uitvinden. En Doe Maar scoorde in die dagen een nummer 1-hit met ‘Carrière maken, voordat de bom valt.’

    Het paradoxale van die bom is dat je redelijk safe bent als je ‘m bezit. Had Oekraïne hem nog gehad, dan was Poetin het land niet binnengevallen.

    Destijds demonstreerde ik mee in Amsterdam en Den Haag. ‘Help de kernwapens de wereld uit, om te beginnen met Nederland.’ Dat laatste vond ik een beetje raar, maar ja – je moest toch ergens beginnen? Ook hier weer een paradox: misschien is het uiteindelijk wel Ronald Reagan die het meeste voor de wereldvrede gedaan heeft. Zijn wapenwedloop putte Moskou uit, Gorbatsjov zag dat het communisme niet langer levensvatbaar was, in 1989 viel de Muur en het aantal kernwapens in Europa werd fors verminderd. In Den Haag, dicht bij de Tweede Kamer, herinnert de Laan van Reagan en Gorbatsjov daar nog aan.

    Een dikke veertig jaar verder zijn we weer heel erg bang voor de bom. Prominente Duitsers waarschuwen tegen het leveren aan Oekraïne van zware wapens: het kan een kernoorlog veroorzaken!

    Twee jaar geleden nam de Tweede Kamer een motie aan van Sjoerd Sjoerdsma van D66. Om te voorkomen dat de nieuwe Joint Strike Fighter ook in Nederland kernwapens zou dragen, moest de regering het initiatief nemen voor een ‘strategische dialoog’ tussen de Verenigde Staten en Rusland. Het was onbegonnen werk, de Russen hadden juist het zo cruciale INF-verdrag opgezegd en China moderniseerde zijn arsenaal in razend tempo. Nederland was als enige NAVO-land aanwezig bij onderhandelingen over het VN Verdrag inzake het Verbod op Kernwapens, maar stemde tegen omdat het gebruik en stationeren van kernwapens verbiedt. En de NAVO is nu eenmaal óók een kernwapenalliantie.

    Een motie voor een dialoog zou nu geen enkele zin hebben. It takes two to tango. En toch moet zo’n gesprek er uiteindelijk wel weer komen. Met alle paradoxen - die ook Mient Jan Faber heel goed begreep – erbij.

    Voordat de bom valt.

    Dit was de laatste column van Jaap Jansen, maar we horen hem ongetwijfeld terug op BNR en je kunt hem blijven volgen via zijn podcast Betrouwbare Bronnen

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    19 May 2022, 4:24 am
  • 3 minutes 7 seconds
    Opinie | De bedevaart van Kaag en Rutte

    In haar HJ Schoo-lezing, midden in de kabinetsformatie, verzette D66-leider Sigrid Kaag zich tegen het Haagse ‘regelen en ritselen’ en kopjes koffie drinken ‘zonder visie’. Maar afgelopen maandag begon ze samen met premier Mark Rutte met wat ze noemt ‘een bedevaart’ langs de zestien oppositiefracties. Om te praten over aanpassingen in de lopende begroting. Ze bestempelt het als ‘een oefening in verandering van de politieke cultuur’. 

    Een welhaast Ruttiaanse vorm van framing. Wat bijvoorbeeld Pieter Omtzigt ziet als ‘oude politiek’ – hij weigert ze dan ook te ontvangen – verkoopt Rutte nu als ‘uniek’. Volgens de premier is het ‘echt anders’ dat iedereen nu mag meepraten. 

    Sigrid Kaag beloofde in de verkiezingscampagne ‘nieuw leiderschap’. Een beetje à la Jimmy Carter die zich op weg naar het Witte Huis profileerde als totale buitenstaander met een moreel kompas. Toch was hij veel minder succesvol dan Lyndon B. Johnson, de president die als voormalig ‘master of the Senate’ alle achterkamertjes blind kon vinden. 

    Misschien dat Kaag zich inmiddels realiseert dat ‘regelen en ritselen’ ook nuttig kan zijn. Om in de politiek inhoudelijk echt iets te bereiken is overleg achter dichte deuren niet te vermijden. Toen in de kabinetsformatie tussentijds alle gespreksverslagen openbaar werden, zorgde dat voor maanden vertraging. 

    Geert Wilders mokt nu over ‘achterkamertjes’. Uit zijn mond een gotspe: in 2012 waren er dagenlang gesprekken met Wilders omdat de coalitie van VVD, CDA en gedoogpartner PVV het niet eens werd over de begroting. In het Catshuis - ver weg, verscholen achter hekken en bosschages. De allerachterste kamertjes van Den Haag!  

    Jesse Klaver van GroenLinks wekt eveneens de indruk dat achterkamers onwenselijk zijn. Hij wil een groot Kamerdebat. Dat komt er ook, maar niet op stel en sprong. Het staat gewoon op de agenda als ‘het debat over de Voorjaarsnota’, zodra die er is.  

    Trouwens, GroenLinks is dankzij achterkamer-overleg in beeld gekomen als potentiële regeringspartner. In 2011 werd zo een politietrainingsmissie in Afghanistan mogelijk en in 2012, toen Wilders uit het Catshuis wegliep, schoof GroenLinks meteen aan. GroenLinks, D66 en ChristenUnie onderhandelden succesvol met toenmalig minister Jan Kees de Jager. 

    Dat Kaag en Rutte nu hun bedevaart maken, is trouwens ook min of meer te danken aan GroenLinks. Fractievoorzitter Paul Rosenmöller organiseerde in de Senaat een meerderheid om duidelijk te maken dat het nieuwe kabinet een aantal dingen fundamenteel anders moet aanpakken. Onlangs lekte via RTL uit dat het kabinet bereid is de Eerste Kamer tegemoet te komen. Het werd meteen ontkend, maar duidelijk is: er valt – zeker voor GroenLinks en partner PvdA – wat te halen. 

    In het tijdelijke Tweede-Kamergebouw aan het Prinses Irenepad kun je, lopend door de wandelgangen, bijna overal naar binnen loeren. In dit voormalige ministerie heeft elke kamer ook aan de gangkant een raam. De meeste zijn inmiddels afgeplakt. En niemand heeft nog geëist dat dit weer ongedaan wordt gemaakt. Want iedereen begrijpt: buitenstaanders hoeven ook weer niet álles te zien.  

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    12 May 2022, 4:27 am
  • 2 minutes 45 seconds
    Opinie | Leve onze vrijheid, leve Europa!

    Vandaag vieren we in Nederland de bevrijding. Bijna niemand realiseert het zich, maar een paar dagen later, maandag 9 mei, vieren we opnieuw onze vrijheid.

    In 1985 besloten de Europese regeringsleiders dat we op 9 mei de Dag van Europa vieren. Precies die datum omdat op 9 mei 1950 de eerste stap werd gezet naar wat we nu kennen als de Europese Unie. In een plechtige verklaring pleitte die dag de Franse minister Robert Schuman voor het onder gezamenlijk beheer plaatsen van de Franse en Duitse productie van kolen en staal. Als Frankrijk en Duitsland, die vaak oorlog tegen elkaar hadden gevoerd, samen de middelen die je daarvoor nodig hebt produceren, zouden ze elkaar nooit meer naar het leven staan. Andere landen konden zich aansluiten en Nederland deed dit meteen.

    De Dag van Europa wordt in Brussel een beetje gevierd, maar verder is het alleen in Luxemburg een officiële feestdag. Nog maar een jaar of wat geleden vroegen Europese leiders zich zelfs af of je bij het publiek nog wel kunt aankomen met Europa als waarborg voor vrede. Oké, dat de EU voor economische voorspoed zorgt begrijpt iedereen – maar vrede?

    In Nederland vinden de meeste Kamerleden het maar onzin om in de plenaire zaal naast de nationale vlag ook de Europese te zetten. Nederland is een handelsland en de EU zorgt voor vrijhandel. Dat die vlag zoveel meer betekent wil er niet in.

    Twee jaar geleden zei toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok dat hij Europa belangrijk vond omdat het wijn, olijven, Franse kaas en Nederlandse snijbloemen betaalbaar maakt voor de gewone Europeaan.

    ‘De EU moet niet vluchten in grootse visies’, zei hij. Handel, misschien nog een paar andere samenwerkingsprojecten en dat was het dan.

    Hoe lui dit denken was, dringt nu pas door. Inmiddels voltrekt zich een omslag. ‘De Europese Unie moet slagvaardiger, economisch sterker, groener en veiliger worden’, schrijft minister Wopke Hoekstra in de Staat van de Unie waarover de Tweede Kamer binnenkort debatteert. Nederland moet daarbij zelfs ‘een leidende rol’ vervullen, zegt Hoekstra. Heel anders dan nog maar twee jaar geleden Stef Blok.

    Die kanteling zie je ook in de publieke opinie. Bij diverse opiniepeilers spreken groeiende meerderheden zich uit voor méér Europese samenwerking. De minderheid die uit de EU wil is gekrompen. Anderhalf jaar geleden wilde nog 39 procent eruit, nu 25.

    Met zijn oorlog in Oekraïne jaagt Vladimir Poetin dit Europese besef nog verder aan. Niet dat we nu allemaal meteen naast 5 mei ook 9 mei gaan vieren, maar die Europese vlag plaatsen naast de nationale is juist nu een extra krachtig signaal. Want Europa is zoveel meer dan kaas en snijbloemen. Europa is overleven.

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    5 May 2022, 5:07 am
  • 2 minutes 51 seconds
    Opinie | De erfenis van Fortuyn

    Alweer twintig jaar geleden kwam Pim Fortuyn om het leven door een vreselijke moord. Nog altijd hoor je af en toe het verlangen naar ‘een nieuwe Pim’. Want Pim zei het toch maar en het volk stond achter hem. Maar was Fortuyn eigenlijk wel geschikt voor de politiek? Had hij Nederland echt kunnen veranderen?

    Om in de politiek iets te bereiken moet je meerderheden zoeken en compromissen sluiten. Fortuyn had daar het karakter niet voor. Al jaren voordat hij op het politieke toneel verscheen, wist iedereen die hem kende: waar Pim komt, komt ruzie.

    Als jong redacteur van Elsevier had ik de taak elke maandag Fortuyns column, die binnenkwam per fax, in te tikken, leesbaar te maken en vooral in te korten – want hij was steevast een derde te lang. Niks aan de hand: ik schrapte waar hij zichzelf herhaalde en maakte het keurig op lengte. Later nam hoofdredacteur HJ Schoo die taak over en dreigde er af en toe geen column te verschijnen. Er ontstond al gauw gedoe als Schoo Fortuyn vragen stelde. Ze kwamen er niet uit.

    Fortuyn bezocht eens de redactie om zijn visie op het blad te geven. Hij slaagde erin de rustigste redacteur in tranen te krijgen. Uit het niets vuurde hij zijn pijlen op ‘m af. Waar Pim komt, komt ruzie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Joop den Uyl - toen Fortuyn hengelde naar een vooraanstaande rol in de PvdA – hem de deur wees met de woorden: ‘Pim, je past niet binnen onze cultuur.’

    Fortuyns politieke visie door de jaren heen was verre van consistent. Zoals hij tal van partijen afliep in de hoop op een functie – van CPN tot CDA – veranderde hij ook regelmatig volledig van koers. Dan was hij neoliberaal en voorstander van zo weinig mogelijk overheidsingrijpen, dan weer moesten essentiële zaken in staatshanden.

    Wat is nu, na twintig jaar, zijn erfenis?

    De politiek is op drift geraakt en Fortuyns electoraat heeft zijn weg gevonden naar PVV, FvD en allerlei kleine partijtjes die net als Fortuyn een weinig coherente grabbelton aan opvattingen representeren. En ook Geert Wilders en Thierry Baudet kunnen niet met anderen samenwerken, dus hebben ze nogal eens last van afsplitsingen en staan ze bij de machtsvorming aan de kant.

    Ook andere partijen hebben delen van het Fortuyn-vocabulaire overgenomen. Net als Fortuyn gingen ze spreken van ‘islamisering’ en ze werden sceptisch over Europa. Het heeft niet geholpen: CDA en PvdA werden kleine partijen en wie kan nog uitleggen waar de VVD voor staat?

    Parlementaire debatten ontaarden vaak in een kermis want net als Fortuyn zeggen we wat we denken. En elke nieuwe politieke ster belooft alles geheel anders te gaan doen, waardoor teleurstelling om de hoek ligt.

    De Fortuynrevolte heeft heel wat teweeg gebracht, maar niet ten goede.

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    28 April 2022, 4:50 am
  • 3 minutes 6 seconds
    Opinie | Waar is Kaag?

    Het is een sterk staaltje nieuwe bestuurscultuur van Sigrid Kaag. Drie weken geleden sloot zij een deal met Spanje. Op 4 april spraken Kaag en haar Spaanse collega af om samen een plan te bedenken voor de toekomst van de euro. Met  de geschiedenis in gedachte: ongekend. De begrotingshavik Nederland sluit vrede met de duif Spanje.

    Het smeden van dit soort deals is de reden dat D66 tijdens de recordformatie van vorig jaar besloot om Mark Rutte toch maar zijn vierde premierschap te gunnen. Kaag had hem het regeren onmogelijk kunnen maken. Maar ze deed het niet.

    Ze wilde macht. Vooral om de schade te herstellen die vorige kabinetten hadden aangericht in Europa. Jeroen Dijsselbloem en zijn in Griekenland gehate hervormingstrojka. ‘Ik kan niet al mijn geld uitgeven aan drank en vrouwen en dan om bijstand vragen’, adviseerde hij nog in zijn afscheidsinterview. Hij maakte excuses.

    Op Dijsselbloem volgde Wopke Hoekstra. Corona raasde over de wereld. En in Italiaanse ziekenhuizen stierven duizenden mensen een angstwekkende dood. Toen Italië om financiële hulp vroeg, herinnerde onze minister van Financiën zijn Zuid-Europese collega aan de noodzaak van economische hervormingen. Weer volgden excuses op de faux-pas. Maar het kwaad was al geschiet. Nog steeds wordt Hoekstra in Brussel kilheid verweten. Een verwijt dat met hem ook Nederland als geheel treft.

    Met Rutte-4 is de wind gedraaid. D66 liet in het regeerakkoord opschrijven dat Nederland voortaan een leidende rol wil in Europa. Wetend hoe cruciaal het ministerie van Financiën is voor het onderhouden van de relaties in Brussel, claimde Kaag die post voor zichzelf. Nieuw leiderschap. Een diplomaat op Financiën.

    Kaags verhaal is een succesverhaal. Was daar niet Frans van Drimmelen. De top-D66-er die zijn partij midden in de verkiezingscampagne een metoo-zaak bezorgde. Er kwam een onderzoek. Er kwam een rapport. Er kwam een verklaring van Kaag. (Er is niets aan de hand). Maar de bijlage – met het echte verhaal – bleef achter slot en grendel. Nu een jaar later, is de bom alsnog ontploft. De partij is in rep en roer. En waar is Kaag? Onbereikbaar.

    Een van de grootste problemen voor Haagse politici is het hebben van een imago waar je niet meer vanaf komt. Of ze nu willen of niet: Liliane Ploumen zal altijd de vrouw blijven die het niet aankon. Jesse Klaver altijd de man die te veel aandacht besteed aan zijn beeldvorming. Sophie Hermans altijd de assistent van Rutte. Wopke Hoekstra altijd de corpsbal.

    De imago-bagage van Kaag is dat ze niet ‘thuis’ is in Den Haag. Dat ze neerkijkt op het geneuzel op het Binnenhof. Toen ze nog voor de Verenigde Naties werkte, zette ze dictators als Assad het mes op de keel. En nu: als ze één keer niet komt opdagen voor een Vragenuurtje is de Kamer te klein.

    En zo is het ook deze week: Kaag heeft geen tijd voor de verslaggevers van de Volkskrant. Het vliegtuig naar Washington staat al klaar. Het is oorlog! Inflatie, recessie. Het IMF wacht.

    Het rapport over Van Drimmelen al voor de verkiezingen publiceren, kost ons de verkiezingen. Dat zullen ze wel gedacht hebben bij D66. Dus voor het hogere doel, nu maar even een partijtje lelijke politiek. Liegen dat er niets aan de hand is. Om straks, eenmaal aan de macht, eerlijke politiek te bedrijven. Kaag lijkt het Haagse spel beter te beheersen dan haar critici denken.

    Deze column is geschreven door Laurens Boven in plaats van Jaap Jansen.

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    21 April 2022, 4:59 am
  • 2 minutes 56 seconds
    Opinie | De tussen-tussenpaus

    Zelden heeft een politiek leider een partij zo in verwarring gebracht als Liliane Ploumen de PvdA. 'Ik vind dat ik het niet goed genoeg kan waarmaken. En daarom treed ik terug'. Met die woorden laat ze haar partij verweesd achter.

    Natuurlijk: uit alle monden van PvdA-politici, en in alle appgroepen van het partijkader, klinkt respect voor Ploumen. En het is inderdaad bijzonder als een Haags politicus de conclusie trekt dat het niet meer gaat en dan zelf besluit dat het beter is om te vertrekken.

    Maar toch: er is meer aan de hand bij de PvdA dan een recordpoging om je zo on-Haags als mogelijk te gedragen. Want respect of niet: de timing van Ploumen komt slecht uit. Binnen de partijtop, hoor ik, dat dat respect hand in hand gaat met irritatie.

    Tussenpaus

    Ploumen was een tussenpaus. Twee maanden voor de verkiezingen van vorig jaar was ze tot leider-uit-nood gebombardeerd na het zelfgekozen vertrek van Lodewijk Asscher. Asscher was destijds woest op zijn eigen partij, omdat er onder de leden een motie van wantrouwen rondging vanwege zijn rol in de toeslagenaffaire.

    Na zijn vertrek, verwachtte de partij van Ploumen niets meer, maar ook niets minder, dan rustig op de winkel passen. Tot de echte opvolger van Asscher op het schild gehesen kon worden voor de verkiezingen van 2025. Nu zijn de sociaaldemocraten overvallen en nog lang niet zo ver om die nieuwe leider aan te wijzen.

    Voor de personen wiens namen rondgaan als Asschers’ erfgenaam, komt Ploumens vertrek minstens twee jaar te vroeg. Zo staat Marjolein Moorman op het punt haar tweede termijn als wethouder in Amsterdam te beginnen. Zij zou op zijn vroegst in een volgend kabinet kunnen indraaien als minister. Zoals Asscher dat deed in 2012.

    En ook Frans Timmermans zit voorlopig nog bij de Europese Commissie. Hij zou pas aan het eind van zijn termijn, in 2024, naar Den Haag kunnen overstappen.

    De erfenis van Ploumen is een half afgemaakte poging om met GroenLinks te fuseren. Hoe het verder moet met de linkse samenwerking is voor de sociaaldemocraten het belangrijkste dilemma in decennia.

    Totdat de strategische vraag is beantwoord, is het zinloos om over de inhoudelijke koers of over nieuwe leiders te spreken. In juni staat er weer een partijcongres op de rol. GroenLinks had het belangrijkste gespreksonderwerp moeten zijn. Ploumen wilde niet tot dat congres wachten.

    De grote vraag die blijft hangen is waarom Ploumen geen andere mogelijkheid zag dan aftreden? 'Leidend in alles', noemt ze het in haar afscheidsbrief. Dat was haar lat. En dat klinkt als wel heel streng voor zichzelf. Waarom zou de baas eigenlijk de beste moeten zijn?

    Het is toch niet gek om naast een chef bedrijfsvoering een team te hebben voor de creativiteit. Dus: had al die huidige en oude leiders bij elkaar gezet. Van Samsom en Asscher tot Moorman en Timmermans. En maak wat ruimte aan tafel voor GroenLinksers als Jesse Klaver, Femke Halsema, Rutger Groot-Wassink en desnoods Paul Rosenmöller. Dat was pas on-Haags geweest.

    Ploumen heeft die weg niet gekozen. Het had waarschijnlijk ook niet gewerkt. Te groot is de kinnesinne tussen de partijgenoten om elkaar collegiaal door een moeilijke periode te helpen. Daarover gesproken:

    Ook bij de PvdA is het tijd voor een nieuwe bestuurscultuur.

    Deze column is geschreven door Laurens Boven in plaats van Jaap Jansen.

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    14 April 2022, 5:14 am
  • 3 minutes 16 seconds
    Opinie | Het ministerie van leven en dood

    'Het ministerie leed aan urgentiestress. Aan de angst dat een besluit dat vandaag niet genomen wordt, leidt tot doden de volgende dag'.

    Ik citeer hier uit mijn eigen werk. In de zomer van 2020 schreef ik samen met mijn collega op Sophie van Leeuwen een boek over de eerste maanden van de coronapandemie. Stilte op het Binnenhof heet het. We interviewden alle hoofdrolspelers in de Haagse politiek. En natuurlijk ook Hugo de Jonge.

    Over de mondkapjes van Sywert van Lienden ging het niet in die gesprekken. Simpelweg omdat het schandaal van vandaag toen nog niet bekend was. Wel hadden we het over de gemoedstoestand waarin de politieke elite van Nederland verkeerde toen een virus ongecontroleerd dood en verderf zaaide. De zorg had aan alles te kort. Van hoogtechnologische beademingsapparaten tot de meest simpele wegwerpmondkapjes.

    Ik lees mijn eigen boek terug over de stress op de ministeries en kom een citaat tegen van Hugo de Jonge: ‘Iedere dag dat je later was, was een dag waarvan je achteraf had kunnen concluderen dat je te laat was om dingen te voorkomen.’

    Vanaf kwart over tien vanochtend moet Hugo de Jonge zich in de Tweede Kamer verantwoorden voor de miljoenen die Sywert van Lienden verdiende aan een mondkapjesdeal die nooit gesloten had mogen worden. Een deal die zijn ambtenaren niet wilden, maar waarvan het de schijn heeft dat die er kwam op persoonlijk aandringen van de minister.

    ‘Je kunt die Sywert beter inside pissing out hebben dan oudtside pissing in’. Dat is de tekst van de app van De Jonge aan zijn ambtenaren die de Volkskrant boven water kreeg.

    Natuurlijk: ook al is hij geen minister van Volksgezondheid is, dan nog geldt dat De Jonge ter verantwoording geroepen worden als hij heeft gelogen.

    In de kern gaat het om de vraag of de tekst van de appjes die hij stuurde aan zijn ambtenaren neerkomen op een opdracht aan die ambtenaren om de deal met Sywert van Lienden te sluiten.

    Als het antwoord ja is, heeft De Jonge gelogen. Tegen de media en tegen het parlement. Maar als hij aannemelijk kan maken dat het niet aan zijn appjes lag dat Sywert en zijn vrienden nu multimiljonair zijn, dan niet.

    Toch is er nog een derde mogelijkheid hoe het debat vandaag kan aflopen. En daarvoor zijn de interviews die ik met Sophie afnam in de zomer van 2020 leerzaam.

    We kunnen namelijk niet uitsluiten dat het op het hoogtepunt van de eerste uitbraak helemaal niet zo’n relevante vraag was hoeveel de mondkapjes van Sywert kostten.

    'Geld speelde geen rol', schreef ik in het hoofdstuk Het Ministerie van Leven en Dood dat gaat over het ministerie van De Jonge.

    Ik citeer: 'Het geld ging met miljoenen euro’s tegelijk het ministerie uit. De Jonge kocht in tegen de actuele marktprijzen en verkocht de spullen voor de pre-coronaprijzen door aan de ziekenhuizen. Het verschil werd gedekt met de ‘diepe zakken’ van minister Hoekstra van Financiën'.

    Met andere woorden: het deed er niet toe wat het kostte!   

    Dat mensen als Sywert van Lienden konden profiteren van die noodtoestand was niet relevant. Pijnlijk, ja. Maar niet relevant. Behalve nu, twee jaar na dato, voor de Tweede Kamer.

    Deze column is geschreven door Laurens Boven in plaats van Jaap Jansen.

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    7 April 2022, 4:57 am
  • 3 minutes 10 seconds
    Opinie | Robbert Dijkgraaf gaat teleurstellen

    Nu bijna een jaar geleden, op de eerste dag dat de nieuwe Tweede Kamer aantrad, haalde wetenschappelijk Nederland een nat pak. Letterlijk: voorzitter Pieter Duisenberg van de samenwerkende Universiteiten van Nederland liep in zijn grijze kostuum plus reddingsvest de Hofvijver in. Omringd door studenten en universitair medewerkers die, misschien wat slimmer, een duikerspak aanhadden.

    ‘Het water staat ons aan de lippen’, was de boodschap. Universitaire actievoerders klagen al langer dat ze erg veel uren moeten draaien met steeds meer studenten. Daardoor krijgt de universiteit per student steeds minder geld. Op de begroting van de minister van Onderwijs zou jaarlijks een miljard euro extra nodig zijn om dat te verhelpen.

    In het coalitieakkoord van Rutte IV kreeg het hoger onderwijs vijf miljard euro extra, te verdelen over tien jaar. De actievoerders waren blij. Maar ja: verspreid over tien jaar gaat het om een half miljard per jaar. En verdeeld over veertien universiteiten en nog veel meer hogescholen zijn dat relatief kleine bijdragen.

    Vorige week kwam de nieuwe minister, Robbert Dijkgraaf, bijeen met betrokken partijen uit de wetenschap. Ik mocht die sessie leiden en was benieuwd naar de uitkomst.

    Er moet meer lucht in het systeem, zei Dijkgraaf. Iedereen knikte. Het geld moet in zijn geheel besteed worden aan vermindering van werkdruk, opperde Casper Albers namens WO in Actie.

    Marcel Levi, voorzitter van NWO, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek die jaarlijks een miljard verdeelt, herinnerde eraan dat nu slechts tien procent van de plannen kan worden gehonoreerd. Ook dat legt enorme druk op al die onderzoekers. Geef dat geld aan mij, vat ik hem even heel kort door de bocht samen – dan kunnen we voortaan een kwart van alle plannen honoreren, zoals ze in andere serieuze landen doen.

    ‘Maar wij dan?’, kreunden de universiteiten. Ook zij willen meer lucht.

    De minister knikte. Eigenlijk was hij het wel met iedereen eens. Maar ja.

    Gelukkig was in het coalitieakkoord al geregeld dat het Nationaal Groeifonds een groter deel van het budget mag besteden aan onderzoek. Zo kan Dijkgraaf net wat genereuzer lucht in het systeem brengen.

    Maar helaas! Minister Sigrid Kaag van Financiën zit in grote problemen met de spaartaks. En minister Kajsa Ollongren heeft extra geld nodig voor Defensie. In de ministerraad draaien nu alle hoofden naar Dijkgraaf. Zoals Joop den Uyl zei: ‘Regeren gaat van au!’

    Voordat Dijkgraaf minister werd, was hij directeur van het Institute for Advanced Study in Princeton. Daar mocht hij op de plek waar eens Albert Einstein zat de hele dag praten over plannen voor interessant onderzoek en aan geld geen gebrek. Als minister moet hij elk spannend idee voorleggen aan het kabinet. Na zijn eerste ministerraad, in januari, zei hij meteen: ‘Ik ga mensen teleurstellen.’

    Op het ministerie gaan nu lijsten rond met 40 miljoen extra hier, 20 miljoen daar en zo verder. Marcel Levi is bang dat als je het zó doet, de Rekenkamer uiteindelijk constateert: waar is al dat geld gebleven, het is verdampt!

    Robbert Dijkgraaf is amper drie maanden minister. Zou hij al terugverlangen naar Princeton?

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    31 March 2022, 4:36 am
  • 2 minutes 32 seconds
    Opinie | Rutte, Europa en het coalitieakkoord

    Toen de Europese Commissie bij haar aantreden eind 2019 uitsprak ‘een geopolitieke Commissie’ te willen zijn, werd er in Nederland gefronst. De Europese Unie is economisch een reus, maar politiek een dwerg. Maar Donald Trump leerde ons dat we niet altijd van de Verenigde Staten op aan kunnen. Corona vertelde ons dat het best handig is als we zelf de spullen kunnen maken die we nodig hebben – zeker in crisistijd. En klimaat- en energiebeleid kan alleen maar samen.

    Twee jaar na de komst van de Commissie van Ursula von der Leyen, sloot ons land aan. Alle aarzeling was verdwenen. ‘Nederland neemt een leidende rol om de EU slagvaardiger, economisch sterker, groener en veiliger te maken’, schreef Rutte IV in het coalitieakkoord. Strategische autonomie is belangrijk en in het Europese buitenlandbeleid wil Nederland zelfs op veel punten het nationale vetorecht afschaffen.

    Kort daarna viel Poetin Oekraïne binnen, beleefde Duitsland zijn ‘Zeitenwende’ en wij allemaal een ‘Europawende’. We kunnen niet meer leven van het vredesdividend van na de val van de Muur en zullen fors moeten investeren in defensie. Europese defensie, uiteraard in samenwerking met en ter versterking van de NAVO.

    Deze week reist Mark Rutte Europa door. Naar onze troepen in Litouwen, naar Oekraïense vluchtelingen in Polen en naar Turkije, dat plotseling een sleutelrol heeft in de verhouding met Rusland. Alle ruzies zijn vergeten. Vandaag is Rutte in Brussel bij de NAVO-top en daarna de EU-top, waar hij ook met de Amerikaanse president Joe Biden overlegt. De leidende Europese rol uit het coalitieakkoord in praktijk.

    Intussen houdt de Tweede Kamer met elke minister hoofdlijnendebatten. Dat is mooi maar nu niet meer adequaat. Er is wel degelijk reden om met het kabinet als geheel piketpaaltjes te slaan, zoals Jesse Klaver van GroenLinks deze week vergeefs vroeg.

    Het coalitieakkoord, met al zijn ambities, is nu – na drie maanden – alweer verouderd. Zo stonden die stevige Europa-zinnen in het laatste hoofdstuk en onder de kop ‘Internationaal’. Maar Europa is binnenland geworden. Vrijwel elk beleidsterrein hangt samen met wat we in Europa besluiten. En dat dan als laatste hoofdstuk – da’s een beetje raar. Ook het hoofdstuk over klimaat en energie moet herschreven worden, het hoofdstuk over veiligheid, over arbeidsmarkt en inkomen – eigenlijk alles.

    Er is veel te doen. In Europa en in Nederland. En een herijkt coalitieakkoord kan ervoor zorgen dat Rutte met zijn kabinet ook thuis slagvaardiger is.

    Over Jaap Jansen

    Politiek commentator Jaap Jansen in de wandelgangen van de macht. Luister live donderdagochtend om 06:25 in De Ochtendspits of wanneer je wilt via bnr.nl/jaap-jansen, Apple Podcast of Spotify.

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    24 March 2022, 5:08 am
  • 2 minutes 52 seconds
    Opinie | Laat de gemeente meer zelf beslissen

    Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat, bedacht de architect van ons bestuurlijke systeem Rudolf Thorbecke toen hij zijn Grondwet van 1848 schreef. Niet alles moet je landelijk willen regelen, veel kan lokaal.

    De gemeente heeft veel taken. In 2015 kwam daar onder meer nog de verantwoordelijkheid bij voor de jeugdzorg. Ze kregen daar extra geld voor van de rijksoverheid, maar op die jeugdzorg moest tegelijkertijd ook worden bezuinigd. Onderwijs en huisartsen verwezen nogal snel door naar jeugdzorg, er waren veel commerciële bureaus die er een slaatje uit probeerden te slaan en het rijk dacht: op lokaal niveau – dicht bij de mensen om wie het gaat - zie je sneller waar het efficiënter kan.

    Afgelopen dinsdag staakten 5.000 mensen uit de jeugdzorg. Hulpverleners klagen over werkdruk – ze moeten elke verrichting administreren, tegen een lage beloning en jongeren die zorg nodig hebben staan soms een half jaar op een wachtlijst. Driekwart van de jeugdzorgmedewerkers overweegt ander werk te gaan doen.

    De gemeenten zijn ook niet blij. Een op de drie kan de begroting niet rondkrijgen. Of ze kannibaliseren op andere gemeentelijke uitgaven. Overleg met opeenvolgende kabinetten-Rutte liep vast. Uiteindelijk kwamen de gemeenten en het rijk overeen een commissie te laten arbitreren. Die commissie bepaalde dat 1 miljard euro bezuinigen moest kunnen. Voor de gemeenten was dat slikken, maar iedereen wist nu waar hij aan toe was.

    Tot het nieuwe kabinet Rutte IV aantrad. In het coalitieakkoord bleek voor alles extra geld beschikbaar, maar de jeugdzorg moet vanaf 2025 nog eens een half miljard extra gaan bezuinigen. ‘Onbetamelijk’ noemt Jan van Zanen dit, de voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. ‘Een valse start van Rutte IV’. Van Zanen probeert het netjes te houden, Mark Rutte en hij zijn jeugdvrienden, ze zaten samen in de JOVD.

    Die arbitrage was dus niet het laatste woord. Hier wreekt zich dat gemeenten het rijk niet voor de rechter kunnen slepen. En gemeenten hebben financieel weinig beleidsvrijheid. Ze krijgen geld van het rijk, maar dat is vaak geoormerkt: ze moeten het aan een specifieke taak besteden. De gemeente als uitvoeringskantoor. Slechts 10 à 15 procent van de gemeentelijke begroting komt uit eigen heffingen.

    Over die nieuwe bezuiniging op de jeugdzorg heeft het kabinet ook ruzie met de Eerste Kamer, die hierover een motie aannam van Paul Rosenmöller (GroenLinks). Dit probleem moet opgelost worden, het kabinet kan niet zonder steun van de senaat.

    En op iets langere termijn is er best wat voor te zeggen gemeenten – net als in andere Europese landen - meer belasting te laten heffen en dan natuurlijk de rijksoverheid wat minder. Als gemeenten zelf meer mogen beslissen, wordt het voor kiezers urgenter om bij de raadsverkiezingen te gaan stemmen. De lokale politiek wordt dan echt spannend, want er valt dan – meer dan gisteren – écht wat te kiezen.

    Over Jaap Jansen

    Politiek commentator Jaap Jansen in de wandelgangen van de macht. Luister live donderdagochtend om 06:25 in De Ochtendspits of wanneer je wilt via bnr.nl/jaap-jansen, Apple Podcast of Spotify.

     

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    17 March 2022, 5:17 am
  • 3 minutes 14 seconds
    De NAVO, Europa, Oekraïne en wij

    Nu Europa dankzij Vladimir Poetin misschien wel de grootste veiligheidscrisis beleeft sinds de Tweede Wereldoorlog, ben ik in het Europees Parlement. Gisteren sprak daar Kaja Kallas, de liberale premier van Estland.

    Op 24 februari, de dag dat de troepen van Poetin Oekraïne binnenvielen, vierde het kleine Baltische land van 1,3 miljoen inwoners zijn onafhankelijkheid. Die kwam in 1918, maar tussen 1940 en 1990 was het bezet door de Sovjet-Unie en tussendoor ook nog door Nazi-Duitsland. De grootouders van Kallas werden door Stalin gedeporteerd naar Siberië. ‘Ondertussen hield oma mijn moeder in leven’, sprak Kallas. Huiver ging door de zaal.

    Later op de dag sprak ik haar aan. Wat dacht ze toen de Oekraïense president Volodimir Zelinski in een van zijn dappere toespraken vanuit zijn schuilhoek waarschuwde dat Estland – háár land dus – de volgende kan zijn die door Poetin bezet wordt.

    ‘Ik ben niet bang’, zei de premier. ‘Estland zit in de NAVO. Als wij de volgende zijn, is de NAVO de volgende. Dat zal niet gebeuren.’

    Ik moest denken aan een kleine Nederlandse crisis, 25 jaar geleden tijdens het eerste paarse kabinet. VVD-leider Frits Bolkestein had de coalitiesamenwerking op scherp gezet met een pleidooi tegen uitbreiding van de NAVO – toen met Polen, Tsjechië en Hongarije. Premier Wim Kok en minister Hans van Mierlo wilden juist wel zo’n uitbreiding. Bolkestein redeneerde: wat zou Moskou wel niet denken van al die nieuwe NAVO-landen? De coalitieruzie werd gesust, ze concludeerden dat ze het niet eens waren en de uitbreiding ging door. Toen later de vraag opkwam of ook Oekraïne lid zou kunnen worden, herhaalde Bolkestein zijn argument. Bovendien, zei hij: ‘Wij hebben Russisch aardgas nodig.’

    Nu Rusland Oekraïne is binnengevallen, is premier Kallas een van de felste voorstanders van snelle toetreding van Oekraïne tot NAVO en Europese Unie. Toen Europese-Commissievoorzitter Ursula von der Leyen na de inval sprak over toekomstig EU-lidmaatschap van Oekraïne, wuifde onze Nederlandse premier Mark Rutte het idee meteen weg. In zijn hoofd klinkt blijkbaar nog de echo van zijn voorganger als VVD-leider, Bolkestein.

    In 1989 viel de Berlijnse Muur. In Nederland was net een nieuw kabinet aangetreden, Lubbers III. Dat kersverse regeerakkoord was meteen achterhaald. Net als bij Rutte IV nu. Alles moet herijkt en strategisch overdacht worden. De begroting, maar vooral onze Europese en internationale verhoudingen.

    En één les hebben we de afgelopen weken geleerd. Ook als we à la Bolkestein voorzichtig zijn, gaat Poetin zijn gang. De Russische beer hapt stukjes uit Georgie, Moldavie, Oekraine en wat volgt er nog meer? Als er één moment is om Oekraïne te helpen lid te worden, dan wel nu, zegt Kaja Kallas. En eerlijk gezegd: ik begrijp haar wel. Ook al is mijn familie niet naar Siberië gedeporteerd.

    Oekraïne is een Europees land met, zoals dat plechtig heet, ‘een Europese roeping’ en het heeft er recht op, zich net zo veilig te voelen als Estland. En: als Nederland.

     

    See omnystudio.com/listener for privacy information.

    10 March 2022, 6:23 am
  • More Episodes? Get the App
© MoonFM 2024. All rights reserved.